Archive for the ‘True blog’ Category

Hartenjacht

zaterdag, januari 29th, 2011

Ik doe luchtig tegen R., met wie ik als introducé meega naar een (voor mij) nieuw fenomeen in datingland. Singlesunited! Maar toch voelt het een beetje als naar de tandarts gaan. Binnen enkele momenten betreed ik immers een met zo’n veertig singles gevulde ruimte. Wat tref je er aan? Lust? Begeerte? Zoekende blikken? Onzekerheid? Hoop? Of gewoon een gezellige avond met gelijkgestemde mensen?

Eenmaal aangekomen in het Utrechtse dating-epicentrum van de vrijdagavond blijkt de groep naar de achterste krochten van het etablissement verbannen te zijn. En daar sta je dan. Met wat schuchtere blikken monster je de deelnemers. Zitten er ‘potentials’ tussen? Voordat je eens rustig de gelegenheid hebt gehad om de situatie goed in je op te nemen klopt er een joviaal gezicht (m) op je schouder. “Zo, voor het eerst hier?” Inderdaad.

Knoflook

De datingactiviteit van die avond is in twee delen gesplitst. Een select gezelschap gaat tapas eten. Daarna wordt overgegaan tot borrelmodus en mag de rest der hartenjagers zich bij het gezelschap voegen. Dat is een slecht idee. De kok die de tapas bereidde had kennelijk een losse hand met het toedienen van knoflook. En dat is goed te merken. Want een substantieel deel van de aanwezigen riekt te erg om dichtbij in de buurt te komen. En om in het lawaai iets te kunnen verstaan is dat toch noodzakelijk. Of zou het tactiek zijn?

Feromonen

Feromonen, daar draait het om. Die schijnen vanzelf op te borrelen uit de krochten van je metabolisme. Daar kan geen knoflookgeur iets aan verhullen. En daarom werken een-op-een dates niet. Pas na zestig afspraakjes vind je de ware! Maar dat is een gemiddelde hoor. Daarom vind je op een Singlesunitedborrel sneller wat je zoekt, want met meer potentials in de etalage slaat de feromonenradar immers een stuk sneller aan.

Hartenjacht

Kakkerlakken a gogo

Wil je net een interessant gespreksonderwerp aansnijden met name gericht naar dat ene leuke meisje (en het is dringen geblazen als je in een groepje staat om je in de strijd te mengen met het leukste onderwerp), begint er een over kakkerlakken. Daar valt mijn betoog over Nietzsche natuurlijk bij in het niet. Inmiddels weet ik dat sommige mensen er zeer duistere wereldbeelden op nahouden. De wereld zou beter af zijn zonder mensen. De kakkerlakken kunnen de scepter dan overnemen. Een flinke atoomoorlog schijnt een geschikte weg te zijn naar dit bijzondere Walhalla. Na deze onthulling viel het even stil en hield het leuke meisje het voor gezien en taaide af. Op Nietzsche zal ze dus nog even moeten wachten.

Wrap-up

Singlesunited is ok en ik heb een leuke avond gehad! Naast borrels worden er wandelingen georganiseerd en binnenkort zelfs een avondje sterrenkijken. Maar het is ook een wereld op zich waar ik maar al te graag mijn enigszins sarcastisch gekleurde ervaringen over deel. De moeder en dochter die samen deelnamen aan de borrel heb ik bijvoorbeeld gemist. En ook vermoed ik minstens twee ‘mystery shoppers’ in het gezelschap die niet voor het daten kwamen. Suspense en intriges genoeg dus.

Omdat geldt “hoe meer zielen, hoe meer vreugd’: aanmelden kan via deze link. Tot binnenkort?

Augmented humanity

woensdag, september 8th, 2010

augmented brain

Vanochtend was ik toch nog best een beetje zenuwachtig. Om 08.30 u werd ik in het UMC Utrecht verwacht op de poli neurologie. Daar zou ik de AR-implantatie in ontvangst nemen. Volgens de neurochirurg een fluitje van een cent; wat contactjes subcraniaal aanbrengen, tunen, testen en gaan met die banaan!

Ik moet zeggen, de ingreep is me erg meegevallen. Pijn doet het niet en het aanbrengen van de contactjes kietelt een beetje. Erg vreemd is het moment waarop de AR-implantatie wordt ingeschakeld. Waar we vroeger pielden met smartphones en onhandige schermpjes wat augmented reality moest verbeelden, was vanaf nu een gedachte al voldoende om beelden, geluiden, geuren en sensaties tevoorschijn te toveren.

Om me te laten wennen had neuroloog Koster me een aantal simpele opdrachten gegeven. De eerste opdracht was om zijn kamer verderop in het UMC te vinden. Ik mocht niet spieken! Hoefde ook niet. Door aan de arts en zijn kamer te denken kwam de route ernaartoe als een ‘insight’ mijn gedachten binnen. Op mijn gemak wandelde ik ernaartoe en trof de arts lachend in zijn kamer. De volgende opdracht was al spannender. Als single op zoek naar een leuke dame was ik natuurlijk erg benieuwd naar dat aspect van AR. En ja hoor, in de menigte van mensen die zich door de centrale hal van het ziekenhuis repten ‘zag’ ik feilloos welke singles zich bij de datingdienst in AR hadden aangemeld. Omdat ik nog geen betalend lid ben kon ik nog niet hun uitgebreide profiel ervaren en wisten zij niet dat ik ook ‘op zoek’ ben. Ik voel me een voyeur!  Waarom had ik niet al veel eerder een AR-implantatie laten zetten?
Natuurlijk zoek je altijd de grenzen op van wat mogelijk is. Vrienden hadden me verteld dat er van alles met de implantatie mogelijk is wat zeg maar, wat dubieus is. Toen ik het UMC verliet, liep ik dan ook naar de parkeergarage en dacht aan het openen van een autoslot zonder sleuteltje. Ook daar blijken AR-tips voor te zijn. Alsof het de meest dagelijkse gang van zaken was, verschenen de handelingen in mijn hoofd die ik met mijn smartphone moest uitvoeren om eenvoudig de elektronische code van die nieuwe Volvo te kraken. Ik zou luxe naar huis reizen die ochtend!

PIEP! De wekker maakt zoals altijd een einde aan een bijzondere droom. Augmented Reality via een implantaat, zover is het nog niet. Maar de ontwikkelingen gaan snel en het zou me niet verbazen als onze kijk op de wereld de komende jaren zeer ingrijpend gaat veranderen. Met onze Iphone en Android toestelletjes is de augmented reality ervaring van het moment echt stenen tijdperk vergeleken met hetgeen eraan gaat komen. Laat maar komen. Ik ben er klaar voor!

Met het luchtschip mee

vrijdag, juli 2nd, 2010

De uitgefikte ‘Hindenburg’ luidde in 1937 het einde in van het tijdperk van de luchtschepen. Een tijdperk dat eigenlijk nooit het gloriestadium had bereikt. De belofte was mooi. Sneller dan met een passagiersschip in weelderige luxe loom over de aardkloot zweven. Want de luxe die je aan boord van passagiersschepen had, was driedubbeldwars aan boord van de zeppelins te vinden. Met een vonkje in de met waterstof gevulde gigant klapte in Newark deze droom uiteen. Daarom moeten we tegenwoordig dicht opengepakt in overvolle vliegtuigen zonder veel comfort onze exotische bestemming zien te bereiken.


Sinds een aantal jaren is er weer wat leven in de Zeppelinbrouwerij. Na een roemloze carriere als überballon om vijandelijke vliegtuigen uit het luchtruim te weren, is het luchtschip langzaam maar zeker bezig met een comeback. Een zeppelin kan namelijk prima dienst doen als alternatief voor helicopters en vliegtuigjes om bijvoorbeeld wegen, gebieden en evenementen langdurig in de gaten te houden.

En een zeppelin is een perfecte manier om spectaculaire rondvluchtjes te maken! Dat hebben mijn vader en ik afgelopen maandag beleefd. Als cadeau voor zijn 80e verjaardag hebben we vanaf Rotterdam / The Hague airport een mooie luchtvaart over de binnenstad van Rotterdam beleefd.

Vanaf de grond ziet een tocht met zo’n gigant er wel vervaarlijk uit. Met name de landing staat garant voor capriolen die je doen afvragen of het allemaal wel goedkomt. Eenmaal aan boord merk je daar niets van. Zoals het een goedmoedige lobbes betaamt cruise je heerlijk door het luchtruim. Geen abrupte bewegingen, maar op z’n sterkst wat gewaggel in de lucht. Eigenlijk net als met een gewoon schip. ;-)

Het lijkt me heerlijk als er weer luchtschepen komen waarmee je snel, stil en comfortabel naar bestemmingen in heel Europa kunt reizen vanaf veldjes in vele steden, zonder langdurig oponthoud op vliegvelden. Maar tot de exclusieve club van luchtschipreizigers te behoren… dat heeft ook wel wat! Aerwin, Goodyear en Deutsche Zeppelin Reederei GmbH: hartelijk bedankt voor deze onvergetelijke ervaring!

En morgen gezond weer op

zondag, oktober 11th, 2009

Toen ik een aantal maanden geleden in India was, keek ik met ogen als schotels om mij heen. Een groot deel van het leven daar vindt plaats op straat. Zo kon het gebeuren dat ik in een straatje liep met medische kraampjes. In een van de kraampjes liet een iele man ineens zijn broek zakken. Voor ik goed in de gaten had wat er gebeurde, stak een sjofele gast met een jas die ooit wit was geweest een niet onaanzienlijke spuit in de billen van het iele mannetje. Deze laatste gaf geen krimp, broek omhoog en gaan met de banaan.

“Nou”, dacht ik. “Blij dat ik in Nederland woon, dáár is de gezondheidszorg tenminste op hoog niveau!”. Na ‘Voorburg’ ben ik er niet zo zeker meer van. Voorburg… mijn medisch Austerlitz.

De woensdag begon als alle andere. Suf, vroege trein, nog niet echt zin in de dag. Na een wild weekend Rome met mijn bedrijf Romae was ik nog een beetje aan het bijkomen. En die ochtend voelde ik wel dat er een verkoudheid zat aan te komen.

Wat heet. Binnen een paar uurtjes zwol mijn keel op als een kinderballon en mijn tong werd een onbeweeglijke spiermassa. Toch maar eens naar de huisarts bellen. Normale ondernemers zijn heel de dag open, maar als je in Nederland niet spoedeisende hulp nodig hebt, moet je na het middaguur meteen al een noodnummer bellen. Of een acute Kermit de Kikkerstem in combinatie met een zwelbek nou meteen een noodgeval is weet ik niet, maar ik heb toch het noodnummer maar gebeld.

De juffrouw die ik aan de lijn kreeg was verontrust. “U moet onmiddellijk langskomen”. In de tijd om van Voorburg naar Utrecht te geraken met het OV zit je ook halfweg naar Parijs, dus dat was niet echt een optie. “Dan moet u nu een huisarts zien in Voorburg”. Een logisch advies, met onvoorziene gevolgen.

Na enig googelen bleek er in de buurt van mijn werkplek een ‘Gezondheidscentrum’ gevestigd te zijn. Ha, een plek waar ze mensen beter maken! Ja… Als je door de ballotage komt en deel uitmaakt van de exclusieve club van leden van dát gezondheidscentrum. Want spontaan binnen komen lopen met een acute hulpvraag, dat hadden ze er kennelijk nog nooit meegemaakt.

En zo ontpopte een sessie dikke keel kijken zich tot een onverbloemde assertiviteitscursus. Want ik zou daar niet weggaan tot ik geholpen was! Na veel gesoebbat “het is hier geen eerste hulp, meneer” en mijn gescherm met de Hippocrates-eed kreeg ik het dan voor elkaar dat de dienstdoende huisarts me zou ontvangen.

Na de sarcastische insteek van dit blogje nog even een zonnige laatste alinea. De arts die ik te zien kreeg en zijn zéér charmante co-assistente maakten een hoop weer goed. Ik hoefde niet bang te zijn om te stikken en kreeg een beproefd gorgelmiddeltje mee. Ik ben nog behoorlijk ziek geworden van die keel. Enfin: de volgende keer dat ik in een vreemde stad medische verzorging nodig heb laat ik mij minstens bezorgen op een BHV-brancard!

Mensenreparatieweek

zondag, februari 22nd, 2009

Een mens is geen machine. Arnold Schwarzenegger uitgezonderd uiteraard. En alle gebotoxte celebreties vergeet ik ook maar even gemakshalve. Een mens is geen machine. Maar begeef je in het ziekenhuiscircuit en je ziel en zaligheid zijn niet meer waard dan een bezoekje aan de PC-boer op de hoek.

Mijn familie vergrijst (80+). De tegeltjeswijsheid leert dat de ouderdom komt met gebreken. En zo komt het te pas dat mijn naamgever (Jan) morgen op mag voor zijn eerste chemokuur om een agressieve longkanker te bestrijden. Vrijdag volgt zijn broer, mijn vader en andere naamgever (Aart), die kennis mag maken met de de liesbreukpoli in Zeist voor een reparatie van dit nare kwaaltje. “Alsof ik een fietsband ga plakken” vertelde de chirurg met een blije glimlach tijdens de intake. Yeah right…

Is de mens een machine? Alsof je een fietsband repareert. Stop er wat chemicaliën in. Mix het met een forse dosis radio-activiteit. Even schudden: klaar!

In het Universiteitsmuseum te Utrecht kan je een rariteitenkabinet bekijken van medische ontwikkelingen uit de afgelopen eeuw. Een voet-aangedreven tandartsboor: auw! Doe mij maar een spuit en een fijn elektrisch aangedreven diamantboortje. Foetussen met dubbele hoofden en zes vingers, een rondje Museumkwartier en je weet alles wat je eigenlijk niet wilt weten.

Een mens is geen machine. De komende week geven geliefde familieleden zich over aan de verworvenheden van de medische wetenschap. De één gaat de strijd aan tegen een helse longkanker, de ander wil af van een liesbreuk.

Mijn hoofd is geen verzameling van nullen en éénen. Een mens is geen machine! Toitoi voor de mensen die ‘seriously’ gaan kennismaken met het medische circuit…

Naar het toilet

zaterdag, februari 7th, 2009

Op het werk ben ik verhuisd naar een nieuwe kamer in een andere vleugel van het gebouw. Het is altijd weer even wennen, zo’n nieuwe plek. Maar als je mij vraagt wat de grootste verandering is, dan heb ik niet over het vernieuwde uitzicht, maar moet ik verwijzen naar het toilet. Niet alleen de potjes en urinoirs zijn anders, maar ook kom je er bewoners tegen van afdelingen waar je voorheen nog niet zo’n intiem contact mee had.

Niemand praat er graag over, maar over de sanitaire gewoontes van toiletbewoners zou je menig boekje vol kunnen schrijven. Dat voor straks, eerst maar eens de fysieke eigenschappen van het nieuwe onderkomen voor plasje en poepje tegen het licht houden. Bij de eerste inspectie maakte ik meteen een mindwarp naar het begin van de jaren 80. Met de middelbare school gingen we wel eens op kamp. Je kwam dan terecht op een massale tweederangscamping of een echt kamp, met barakken enzo. Nou, denk aan het sanitair van een goedkopere camping en je hebt voor ogen wat tegen me knipoogde toen ik de deur van het herentoilet voor het eerst opende.

Het heeft ook wel weer z’n positieve kanten. Door het open karakter (de deuren hebben geen onderkant, dus zelfs een onvoorziene zondvloed is geen probleem) van het nieuwe toilettenblokje, is het eenvoudig om contact te maken en houden met anderen die de babi pangang van gisteren komen wegbrengen.

Er wordt een kindje geboren! Mijn mobieltje viel bijna in de pot toen ik aanstalten maakte om 112 te bellen. Uit het hokje naast mij klonken namelijk geluiden die ik herkende van reality tv. Maar nee, de diepte van het gekreun verraadde teveel testosteron en ik stopte mijn mobieltje weer weg. Ik betrap me erop dat ik altijd een gezicht probeer te koppelen aan het gegrom, gekreun, gerochel, gefluim en gekerm uit dat hokje naast me. Is het soms die klerk in véél te bontgekleurd overhemd die altijd zijn ogen wegdraait als ik hem passeer op de gang? Of toch die brutale grapjas waarvan iedereen zich afvraagt wat nou precies zijn functie is?

Dan heb je de gehaasten. Zit je lekker stil de denker van Rodin na te doen, komt er een wervelwind je intieme wereldje binnengeraasd. Aan jouw deur trekken (je ziet het rode vlakje van het slot toch, súkkel!). Volgende hokje. De halve voorraad wc-papier wordt in één haal van de rol getrokken, plons plons, drie keer doortrekken en wég is ‘ie weer. Onthaasten man, ontháásten!

Maar hoe interessant deze dagelijkse ‘in vivo’ studie ook is, voor mijn gemoed is alle onrust op het veredelde campingtoilet teveel geworden. Temeer omdat de kamer van het afdelingshoofd strategisch is gelegen tegenover de ingang van ‘het kleinste kamertje’! Mijn oplossing? Ik sluip slinks naar mijn favoriete potje in de lege kantoorvleugel die we hebben achtergelaten na de verhuizing. Lekker stil, lekker schoon en lekker vertrouwd!

Ontspannen toiletgebruik

Een boekje open over meneer Aart

woensdag, januari 21st, 2009

Er zijn van die mensen, die noemen mij ‘meneer Aart’. Het is hun goed recht, maar ik heb er de schurft aan. Want aan wie denk je dan meteen? Juist: aan meneer Aart. De norsige kindervriend uit Sesamstraat. Visioenen van blij lachende kindergezichtjes, Pino’s, Koekiemonsters en hoe al dat Sesamstraatspul nog meer heet.

Misschien komt het als een onthutsende onthulling voor je, maar meneer Aart is helemaal niet zo’n gezellige kindervriend. Sterker nog: Aart Staartjes is een neukaap! Ja, je leest het goed: voormalig acteur in een goedkope film met softporno-elementen van vaderlandse bodem. Dat had je niet verwacht hè?

In mijn virtuele videotheek kwam ik een rolprent uit de Filmmuseumcollectie tegen. ‘Ibiza, zon en zonde‘ is de titel. Voeg daarbij het productiejaar van de film (1969, een jaar na de komst van yours truly) en mijn nieuwsgierigheid was gewekt. En raad eens wie de hoofdrol speelt? Juist: Aart Staartjes. Als pain-in-the-ass televisiejournalist die zijn nozemachtige nieuwsgierigheid aan het einde van de film met de dood moet bekopen. Niet voordat hij on-meneer Aartachtig op het strand en in een in aanbouw zijnd gebouw lekker in zijn blote kont rollebolt met voor die tijd lekkere wijven. In de verste verte geen Bert, Ernie of Sien te zien! Wel een swaffelende Aart, hoewel dát op het korrelige zwartwit moeilijk te bewijzen is.

Ik heb niks tegen Aart Staartjes hoor. 😉 ‘Ibiza, zon en zonde‘ is geen hoogstandje in de Nederlandse filmgeschiedenis, maar wél een voorbeeld hoe je met een zeer beperkt budget een statement maakt tegen de gevestigde filmindustrie. Mocht je je een keer vervelen… haal het DVD’tje eens in je videotheek. Maar noem mij nooit meer ‘meneer Aart’! Tenzij je er een potje rollebollen op een exotisch strand tegenoverstelt natuurlijk.

De Apocalyps, aka een tripje naar Bad Bentheim

donderdag, januari 8th, 2009

Frodo houdt van autorijden, Frodo houdt van fotograferen. Ik houd van schattenzoeken met een GPS. Dat gaat prima samen! Hoewel de agenda’s natuurlijk weer eens niet matchten, lukte het tóch om een datum te prikken. Daar gingen we dan, zaterdag 26 juli 2008, gewapend met elektronica en gadgets richting de Duitse grens.

Het was een warme, broeierige dag. Frodo vond het wel boeiend, dat schatzoeken met een GPS. Met name omdat je soms op van die überbizarre plekken terechtkomt. En daar kun je dan weer mooie foto’s maken. Klam zwetend trokken we van locatie naar locatie rondom de Drieländersee. Wij hebben er een punt voor, de Duiters natuurlijk meteen weer een heel meer. Het derde land is overigens Nederland. Eigenlijk stiekem toch een stukje van Duitsland, we wísten het wel!

Een laatste GPS-schat moesten we laten schieten omdat de hemel boven de Dreiländersee in een opmerkelijk tempo van vaaglichtblauw veranderde in gitzwart. Onheilspellend rolde een flink onweer het meer op. Maar goed, je bent in Duitsland en daar kun je lekker eten voor weinig. Door een tropische bui reden we voorzichtig naar Bad Bentheim. Soms hagelde het zo hard dat Frodo even stopte. Er zat een barst in de voorruit en of die bestand was tegen dergelijk natuurgeweld, dat was maar de vraag.

Op een weiland voor de markante burcht die uitkijkt over het stadje Bad Bentheim hebben we in een biertent enkele genoeglijke uurtjes doorgebracht onder het genot van een drankje (nauwelijks te tillen, je snapt het; daar hebben ze geen ‘fluitjes’) en een lekkere maaltijd.

We vermoedden niet, dat het leuke tripje naar Duitsland zou eindigen met één van de meest fascinerende schouwspelen die we beiden ooit gezien hadden. Na het passeren van de Nederlandse grens en na enige kilometers rijden leek ging het daglicht op de snelweg A1 plotseling uit. En het was nog lang geen nacht! De nacht werd apocalyptisch verlicht door een continu geflits van een groots onweersvuurwerk aan de horizon. En regen, zóveel regen… Records zijn er die avond niet gebroken meldt het KNMI in retrospectief, maar toen we ter hoogte van Voorthuizen reden, regende het inmiddels bijna 40 mm per uur.

Sommige mensen zochten een veilig heenkomen op de vluchtstrook. Ik keek Frodo aan. Rond zijn mond speelde zijn kenmerkende mysterieuze glimlachje. Niets aan de hand. Frodo houdt van autorijden.

Op 31 december 2008 zijn Frodo en zijn vriendin Simone fataal verongelukt. Lieve vriend Frodo, ik vind het onverteerbaar, onbegrijpelijk en te verschrikkelijk voor woorden dat we geen avonturen meer zullen beleven samen.

Utrecht, 8 januari 2009

Het shopping inferno

maandag, oktober 13th, 2008

Wie mij een beetje kent, weet dat ‘shoppen’ niet bovenaan staat in mijn lijstje van favoriete activiteiten. Maar onlangs moest ik er toch aan geloven. Mijn achternichtjes (28 en 30 jaar oud) uit Wuppertal waren namelijk op bezoek.

Wuppertal is een grote stad in het Ruhrgebied. Markant is de ‘Schwebebahn’ aldaar, een uniek openbaar vervoersysteem uit het begin van de vorige eeuw. Er is zelfs een legende van een circusolifantje dat uit een wagen van de Schwebebahn gesprongen zou zijn en later ongedeerd uit het riviertje de Wupper weer opdook. Maar hippe kleren? Die vind je niet in Wuppertal. Daar moet je voor in Utrecht zijn.

Toen de wervelwind uit Wuppertal zich eenmaal geïnstalleerd had in
mijn huisje werd er weinig tijd verspild. En zo begon een shoppingtocht in Utrecht waarbij ik van de ene in de andere verbazing
viel. Zelf kom ik nooit veel verder dan C&A of P&C als ik een keer gek doe. Maar er is dus meer.

Sommige kledingboetiekjes voor dames hebben goed nagedacht. Ze hebben stoelen neergezet voor manlief die mee moet shoppen. Zo heb ik vanuit luxe zetels, een high seat voor een tennis arbiter en vanaf een poef eens rustig kunnen kijken. Zien hoe jonge en minder jonge dames borsten, billen en buik in de meest merkwaardige omhullingen proberen te persen. Ja ja, Sonja Bakker heeft nog veel dames niet bereikt.

‘Mijn’ Duitse dames deden overigens naar hartelust mee. Af en toe klonk er een daverend lachsalvo vanuit een omkleedhokje. Soms mocht ik even achter het gordijn gluren… er werd terecht gelachen.

Groot was de teleurstelling van de Mädels toen bleek dat in Utrecht op zaterdag de meeste winkels om 17.00 uur de poorten sluiten. Groot was mijn opluchting dat het niet langer duurde, want hoe graag ik mijn nichtjes ook mag, dit shoppinginferno werd me bijna te machtig. Het moet gezegd, mijn bezoek had een paar zeer charmante kledingstukjes gevonden, maar voortaan bestel ik weer uit de catalogus van Wehkamp!

Internetdaten, story of my life!

vrijdag, september 26th, 2008

Kijken op de klok. Over een kwartiertje is het zover. Dan ontmoet je je internetdate! Ineens is via een site een meisje je leven ingewandeld waar je alles van wilt weten. Mijn van huisuit nieuwsgierige oma draaide altijd het volgende riedeltje af als ik een vriendje of vriendinnetje voorstelde: “Heb je nog broertjes of zusjes?” En: “Leven je beide ouders nog?” Anyway: gespreksstof genoeg voor een leuke avond.

Gespannen, maar vol verwachting betrad ik het cafeetje waar we afgesproken hadden. Van buiten (rokers hè?) werd er naar me gezwaaid. Oh nee hè, een bekende! Die natuurlijk even een praatje kwam maken. Dat gaf op zich niks. Van de date was namelijk nog niet veel te bekennen. Zou ze er soms al zijn? Ik had een duidelijk beeld op mijn netvlies en keek in het rond. Zou die dame daar in de hoek…? Nee, dat kòn mijn date niet zijn.

Ik ben nogal een man van de klok en weet wel dat niet iedereen zo stipt is als ik. Maar na 20 minuten ging blijde verwachting over in ergernis: was ik f*cking gedumpt dan? Ik had wel een 06 meegekregen. Bellen, geen gehoor. Kwade SMS gestuurd, kopje thee ingeruild voor een lekkere kelk La Chouffe. Internetdaten? story of my life.

Een uur verder

Na enkele telefoontjes aan vrienden waar vrouwen in het algemeen en internetdating in het bijzonder er niet genadig afkwamen, startte ik de computer op. In de mailbox die ik gebruik voor dating zag ik een berichtje van de datingsite dat ik nog niet had opgemerkt. Die ik meestal niet open, omdat het meestal berichtjes zijn in de trant van “Me Miss Loveable, you like me very much”. Maar het was een berichtje van mijn date! “Ik ben ziek naar mijn ouders gegaan, heb m’n mobiel thuis laten liggen en kan hier niet in mijn mail. Kan je dus alleen zo bereiken”. Tsja… Dus… Wie weet… wordt vervolgd. Inclusief een lesje in het gebruik van moderne mobiele communicatiemiddelen!