In Zeist

april 21st, 2011

In Zeist moet je wezen. Toch? Vriend A. had in ieder geval het busje opdracht gegeven om te stoppen in de buurt van de kruising Laan van Beek en Rooijen en de Arnhemse Bovenweg. Daar zouden wij opgepikt worden. De chauffeur van het busje was een mopperkont. Aangekomen op de rotonde van de genoemde kruising kreeg het busje voorrang van een fietsster, terwijl deze eigenlijk door mocht fietsen. En dan is het wéér niet goed! De chauffeur gaf in mijn ogen onterecht commentaar hierop.

Laan van Beek en Rooijen

Een stukje verderop zag ik een weiland met koeien. Erg vreemde koeien, omdat deze alleen uit het achtergedeelte bestonden (achterpoten en kont) met een koeienhoofd erop. Dat zie je niet elke dag. Het is jammer dat ik niet tekenen kan, ik zie de vreemde gedrochten nog voor me. Denk een beetje aan een kangoeroe met de ‘striping’ van een koe en uiteraard een koeienkop erop.

Op de kruising Slotlaan Steijnlaan stapte ik uit het busje, op weg naar de bioscoop. De film was al begonnen. Het beeld had een vreemde, vervormde kwaliteit. Een beetje zoals een vlieg de wereld bekijkt door haar facettenogen, maar dan in kleine vierkanten, alsof het beeld via vele duizenden kleine monitoren tot stand kwam. Wat echter de doorslag geef bij het bioscooppubliek om weg te lopen, was het feit dat film in Duitse nasynchronisatie werd afgespeeld.

Ik liep de Steijnlaan op. Daar bleek ik een stukje voor J. te lopen, de vrouw van mijn neef L. Zij had mij niet in de gaten, maar ik haar wel. Ze klaagde dat er geen treinen reden, maar wat een onzin. Ik zag de treinen even verderop immers gewoon rijden. In het midden van de Steijnlaan moest ik via een stijl pad naar beneden een stukje braakliggend terrein op. Daarachter lag de eigenlijke Steijnlaan. De atmosfeer was broeierig. Er was onweer op komst.

Add Comment





*