Van studentenopstanden, industriële kastelen en breiwerkjes
april 14th, 2011Op de een of andere manier komt in mijn dromen vaak het gebied rondom de Utrechtse Beerenkuil in beeld. ‘But not as we know it’… Deze keer werd de omgeving van de Beerenkuil gekenmerkt door een wat desolaat post-industrieel karakter. Daar bekeek ik geïntrigeerd een gevel van een oud industrieel gebouw waarvan ik de letters maar moeilijk kon ontcijferen. Ik meende de letters ‘plastic’ te zien, maar dat was wel een beetje mal voor oude industrie.
Terwijl ik de gevel aan het bestuderen was, zwol in de buurt een behoorlijk geroezemoes aan. Er was weer eens studentenopstand. De leiders van de opstand liepen druk brullend op straat en er was een grote menigte toeschouwers toegestroomd. Ik mengde me ook tussen het publiek en was behoorlijk incognito door het breiwerkje dat ik bij me had.
Nog even later was ik in een gebouw waar de oproerende studenten hun tijdelijk hoofdkwartier hadden ingericht. Lekker incognito door mijn breiwerkje uiteraard. Toen ik het gebouw weer uitstapte werd ik aangesproken door een meisje dat ik kende. Zij vroeg me wat er hier aan de hand was. Ik antwoordde dat ik er niet bij hoorde en dat ze die vraag maar aan een ander moest stellen. Een stukje buiten het gebouw werd ik geholpen door een vriendelijk persoon die mij een uit het breiwerkje gevallen naald overhandigde.
Even verderop trof ik een gigantisch industrieel kasteel. Het deed een beetje denken aan de beelden uit de film ‘Brazil’ van Terry Gilliam. Ik keek omhoog via een misschien wel 100 meter hoge trap. Helemaal aan het einde kon ik het straatniveau zien, de Amsterdamse Straatweg in Utrecht. Ik aarzelde of ik de trap zou nemen of de lift. Het was immers een wat duistere buurt. Uit de lift kwam een persoon. Gelukkig: geen raddraaier of sjappie.