Luilekkerland
mei 21st, 2009Dharamsala
Na aankomst in Dharamsala was het even afgelopen met het vele gereis. De zaterdag en zondag werden dagen om eens goed aan de geest en aan het lichaam te werken. Voor de zaterdag stond het meer spirituele gedeelte op het programma. Daarvoor is Dharamsala een geschikte plek. De Dalai Lama heeft er immers zijn hoofdkwartier opgeslagen na zijn moeizame vlucht uit Tibet in 1959.
We bezochten eerst het Norbulinka Instituut, een omvangrijk Tibetaans centrum voor Boeddhistische leer en werkplaatsen voor diverse ambachten, waaronder schilderen en houtbewerken. Een interessant bezoek en de ligging is werkelijk paradijslijk.
Terwijl wij op ons gemak rondkeken, was onze gids Chetan achter de schermen druk aan het regelen. Hij kreeg het voor elkaar dat we een bijeenkomst konden bijwonen van Karmapa, na de Dalai Lama de hoogste geestelijk leider van Tibet. En verdraaid, het lukte hem nog ook.
Dus zo stonden we die zaterdag ineens in een lange rij van mensen die duidelijk zichtbaar een lange reis hadden gemaakt om gezegend te kunnen worden door deze geestelijk leider. Er was ook een groot aantal nieuwsgierige westerlingen aanwezig (waartoe ik mezelf uiteraard ook reken) en een aantal zelfbenoemde Tibetaanse Boeddhisten. Na een uitgebreide veiligheidscheck (je weet immers nooit wat de Chinezen in hun mars hebben) betraden we ruimte waar Karmapa ons zijn zegening zou gaan geven.
Na een wijze levensles van de Dalai Lama die zowel in het Tibetaans als in het Engels via een duidelijk gemangeld bandje door de luidsprekers schalde, was het ineens stil en ging de zegeningsceremonie van start. Van tevoren hadden we een witte reep stof aangeschaft als symbolische gift voor Karmapa. In ruil hiervoor kreeg je dan een persoonlijke zegening.
Ik ben geen gelovig mens, maar was toch erg onder de indruk van de ceremonie. Niet vanwege de vele nieuwsgierigen voor wie de zegening toch een beetje Eftelingniveau had. Wel vanwege de mensen die vanuit grote devotie een lange, dure en misschien wel gevaarlijke reis hadden getrotseerd om deze zegening te ontvangen. Hoe het ook zij, ik ben dus tegenwoordig een gezegend mens.
Zondag 17 mei
Een zegening was meer dan welkom, want de zondag in Dharamsala stond voor mij in het teken van mijn favoriete hobby: geocaching, schatzoeken met de GPS. Thuis had ik al gezien dat er in Dharamsala verschillende schatten waren verborgen die nog nooit door iemand waren gevonden, dus de uitdaging was uiteraard groot om één van deze schatten te vinden. Samen met twee reisgenoten en een lokale gids, trokken we het gebergte rond Dharamsala in voor een mooie wandeltocht. Na een behoorlijk pittige klim begon het display op mijn GPS behoorlijk naar nul te neigen en dat kon maar één ding betekenen: de schat lag in de buurt! En na enig zoeken was ik de gelukkige vinder. Waar precies? Dat vertel ik natuurlijk niet. Kom naar Dharamsala en ga zelf op zoek!
Maandag 18 mei
Na een paar heerlijke dagen in Dharamsala stonden er weer reisdagen op het programma om nog dieper door te dringen in de uitlopers van de Himalaya. In het geval van Intrepid Travel betekent dat in de lokale bus stappen en je opmaken voor een reis van een uurtje of vijf, zes. Zoals met alles geldt: alles went. De eerste busrit kwam vrij hels over, maar nu lijkt het allemaal al vrij normaal. Hoe snel kan het gaan!
De bestemming voor deze reisdag was Dalhousie, zoals zoveel bestemmingen in deze regio een voormalig ‘hill station’. Het was een prettige, kleine plaats. Onze gids Chetan zit altijd boordevol goede ideeën als het gaat om uitstapjes maken, maar na een lange reisdag was iedereen best moe. Een hapje eten en dan naar bed!
Dat hapje eten was nog een behoorlijk avontuur, want het vond deze avond plaats in restaurant Napoli. Naast traditioneel Indiaas en Chinees voedsel bakt men hier inderdaad pizza’s. En behoorlijk lekkere ontdekte ik! De enige smet op het geheel vormde de meer dan übervriendelijke ober, die het etentje met reisgenoten Debby en Sean een merkwaardige gebeurtenis maakte. Elke hap werd zo’n beetje uit onze mond gekeken en de jongen vroeg om de 30 seconden of alles naar wens was. Later begrepen we wel waarom, toen ons gevraagd werd om een enquête in te vullen over het niveau van de service en voedsel in het restaurant. We bleven mild in ons commentaar, want het eten was lekker.
Dinsdag 19 mei
In de reisinformatie was al aangegeven dat we voorbereid moesten zijn op ‘some serious tracking’. Dat was niet teveel gezegd. Inderdaad was de wandeling van Dalhousie naar Kajjiar erg inspannend. Dat kwam door een helse afdaling van 500 meter en aan de andere kant van het dal een klim van eveneens 500 meter. Hels, maar mooi. Tijdens het geploeter over gesteentes en door drooggevallen riviertjes kwamen we door kleine boerengemeenschappen waar de verschijning van een groep westerlingen nog behoorlijk wat opzien baarde.
Na de moeizame klim richting Kajjiar kwamen we ineens in een letterlijk andere wereld terecht. Die van wat nog wel het beste omschreven kan worden als Klein Zwitserland. Landschap van Zwitserland, maar dan toch echt in India. Het centrum van de kleine gemeenschap wordt gevormd door een Brits aandoende ‘green’, waar van alles gebeurt. Paragliden bijvoorbeeld en zorbing, met twee mensen plaatsnemen in een gigantische bal en dan van de berg afrollen. ‘t Is maar wat je leuk vindt, nietwaar?
Het hotel voor deze avond heette, hoe kan het anders, ‘Little Suisse’. De hotels die ik in India totnutoe heb meegemaakt vormen een verschijnsel op zich. Als je van een afstandje je ogen dichtknijpt, ademen ze allemaal luxe en grandeur. Maar je hoeft je ogen niet ver open te doen om een vreemde sleetse sfeer te proeven. De kamers zijn over het algemeen groot en voldoen in de basis prima. Maar goed werkend sanitair is al heel moeilijk. Ondanks een enorme persoonlijke boiler slechts een piezeltje warm water bijvoorbeeld, of sfeerverlichting in de vorm van een enorme TL-balk omdat de overige aanwezige peertjes ontbreken. Of een bovenverdieping waar men ooit aan begonnen is te bouwen, maar die voor het gemak nooit is afgemaakt.
Woensdag 20 mei / donderdag 21 mei
Ook voor vandaag stond een fikse wandeling op het programma, hoewel de extremen minder groot waren dan tijdens de eerste wandeldag. De bestemming was de Chamba vallei. Omdat de bestemming zo fijn is, skip ik meteen maar door. We verblijven namelijk een aantal dagen in een
kleine biologisch dynamische gemeenschap. Middenin de bergen, gerund door een vriendelijke familie die is gespecialiseerd in ecotoerisme.
Het is hier met recht een stukje paradijs op Aarde. Drie heerlijke gevarieerde maaltijden per dag. Massage als je wilt, handen beschilderen met henna, het is hier allemaal mogelijk. Maar veel heerlijker nog is het om na al die verschillende indrukken van de afgelopen dagen gewoon een beetje te kunnen luieren en niksen. En de blog bij te kunnen werken.
Hartelijke groet vanuit Luilekkerland, Aart-Jan